Veel werkgevers afwachtend bij transitie naar nieuw pensioenstelsel
Een groot deel van de werkgevers met een verzekerde pensioenregeling kiest voor uitstel of eerbiedigende werking bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. Dit blijkt uit onderzoek van Aon onder de dertien grootste bedrijfstakpensioenfondsen en 245 bedrijven.
Per 1 januari 2028 moeten alle werknemers zijn overgezet naar de nieuwe pensioenregeling. Belangrijke veranderingen van het nieuwe stelsel zijn onder meer een persoonlijk pensioenvermogen dat meebeweegt met de economie, een meer gelijk en diensttijdonafhankelijk nabestaandenpensioen en een individuele pensioenopbouw waarbij de inleg wordt belegd.
Van alle werknemers in Nederland heeft circa 80% een pensioen via een verplicht pensioenfonds. Denk bijvoorbeeld aan ambtenaren, buschauffeurs en metaalwerknemers.
De overige 20% valt onder de ‘vrije markt’, waarbij werkgevers een pensioenregeling hebben afgesloten bij een verzekeraar of premiepensioeninstelling (PPI). Voor deze groep geldt dat zij zelf bepalen wanneer en hoe ze overstappen naar het nieuwe pensioenstelsel. Invaren is hierbij niet van toepassing.
Wachten tot de deadline
Onder deze groep constateert Aon dat werkgevers afwachtend zijn met hun transitieplanning. De zakelijke dienstverlener nam de pensioentransitiestrategieën van 245 bedrijven onder de loep. Hieruit blijkt dat bijna de helft (44%) van de werkgevers de overgang uitstelt tot de uiterste datum van 1 januari 2028.
Een derde van de werkgevers (35%) kiest voor eerbiedigende werking. Dit betekent dat werkgevers de huidige afspraken blijven naleven, ondanks dat de wet of regels veranderen. Bestaande werknemers behouden dus de huidige staffelpremie, terwijl nieuwe werknemers te maken krijgen met een vlakke premie.
Daartegenover kiest een vijfde van de werkgevers voor een integrale overgang naar een vlakke premie voor zowel bestaande als nieuwe werknemers. In deze groep wordt vaak compensatie geboden aan bestaande werknemers, omdat hun verwachte pensioenuitkomst lager uitvalt bij een vlakke premie.
Gezien de complexiteit en impact van de transitie adviseert Aon om niet af te wachten tot de uiterste deadline. “Door nu al te inventariseren welke transitiekeuze het beste past bij de organisatie, kunnen werkgevers hun werknemers beter informeren en begeleiden in het proces. Dit voorkomt verrassingen en biedt ruimte om waar nodig compensatiemaatregelen te treffen voor groepen die mogelijk een lagere pensioenopbouw krijgen”, zegt Frank Driessen van Aon.
